Aangezien het weer in het zuiden niet was waarop ik hoopte heb ik maar besloten om naar het noorden van Thailand te vertrekken. Daar is het bijna altijd goed weer. En zeker in deze periode zei iedereen. Daarnaast was ook iedereen heel positief over het noorden. Dus ik was ook wel nieuwsgierig geworden.
Na een half dagje reizen was ik in Chiang Mai. Na een dagje sightseeing in Chiang Mai heb je het meeste wel gezien. Maar dat neemt niet weg dat het hier enorm goed vertoeven is, omdat het zo relaxt is met veel leuke tentjes om te eten en te drinken. Samen met de eigenaar van mijn hostel had ik een route gemaakt door de stad met volgens hem de belangrijkste en mooiste tempels. Want ik hoef ze niet meer allemaal te zien.
Het plan was om na Chiang Mai naar Pai te gaan. Een hippie stadje ten noorden van Chiang Mai. Maar ik had besloten om tussendoor nog een twee daagse jungle trekking te doen. Er waren twee Duitsers in mijn hostel die daarvan terug kwamen en die waren wel enthousiast. Daarnaast had ik ook wel weer zin om de natuur in te gaan. Zo gezegd, zo gedaan.
Iets voor achten werd ik opgepikt met een pick-up. Er zaten een paar Duitsers naast me. We reden een stukje alvorens er nog meer mensen in stapten. Ook Duitsers. Chill. Een trekking van twee dagen met allemaal Duitsers. Gelukkig kan ik ze redelijk verstaan.
Onze gids, Watt genaamd, had zijn zoon van 6 meegenomen tijdens de trekking. Watt komt van de Karen stam. Dat is een stam die al heel lang in de jungle leeft van Thailand. Van origine komt zijn stam vanuit Nepal en zijn ze via Myanmar ook terecht gekomen in Thailand. Zijn Engels liet af en toe wat te wensen over, maar zijn zoon kon daarentegen wel weer vrij goed Engels.
We begonnen gelijk via allemaal kleine en smalle paadjes de berg op te lopen. Dat vond ik gelijk wel heel nice. Was een beetje bang dat het veel standaard paden zouden zijn. Zoals verwacht was het een mooie groene omgeving. Met wat doorwateringen en watervallen.

Watt stuurde zijn zoon zo nu en dan een boom in om een vrucht te plukken. Deze vruchten worden door de Karen stam gegeten voor veelal medicinale doeleinden. Dus na deze trekking ben ik weer als herboren volgens mij. Maar het is wel een leuke manier om een inkijkje te krijgen in hoe zij leven. De smaak was niet altijd even lekker, want de eerste vrucht die we kregen was ontzettend zuur!

Halverwege de eerste dag was het natuurlijk tijd voor een lunch. We stopten bij een hele mooie waterval. Overal in dit gebied mag je gewoon het water in. Dus dat deden we dan ook maar. Onze lunch kregen we verpakt in een groot groen blad. Een mooie vervanger van het plastic was ze hier normaal overal als verpakking verbruiken.

De rest van de dag bracht ons langs mooie rijstvelden. De velden waren al wel leeggehaald en ze hadden het water al uit de velden laten lopen. Maar ik had tot nu toe in Azië eigenlijk nog nooit die velden gezien. Dus het was wel mooi om te zien.

Ook vonden we vrij regelmatig wat redelijk formaat spinnen. De eerste werd als eerste gevonden door een Duitse meid die mee was. Daarna wist iedereen dat er een spin in de buurt was. Ze fungeerde als soort luchtalarm. Die kleine pakte die spin op. En toen vond ik het ook wel tijd voor mijn ‘Freek Vonk’ momentje.

Aan het einde van kregen we een inzage het dorp waar onze gids is opgegroeid. We kregen daar nog wat natuurlijk snoepgoed. Het leek wel op iets van hout waarop we aan het kauwen waren en het was ook wat minder zoet als ons snoepgoed.
Inmiddels woont de gids iets buiten het dorp, want dat vond ie maar te druk daarzo. Terwijl er amper iets gebeurde, haha. Maar hij bracht ons naar zijn huis waar hij enkele huisjes heeft gebouwd voor gasten. Gasten zoals wij die een trekking met hem doen, maar hij blijkt ook regelmatig vrijwilligers te hebben die daar enige tijd blijven om te helpen op zijn grond.
Maar wat was het een mooie verrassing waar die man woont! Bovenop een berg (1200 meter hoog) met echt adembenemend uitzicht. De huisjes zagen er echt goed uit. En hij had wat dieren en allerlei fruitbomen staan. Verderop had hij zijn eigen rijstvelden. En al het water ving hing hij op om later door een filter heen te halen zodat het gebruikt kon worden om te drinken, koken en wassen.

Er werd echt heel goed gekookt met bijna alleen maar ingrediënten uit zijn eigen tuin. Ik denk dat enkel de suiker en zout gekocht waren. Maar we aten zijn rijst, groenten en fruit.
Die avond kwam zijn broer nog wat nummertjes pingelen op een gitaar en vertelde Watt wat meer over de stam en hun levenswijze. Ongeveer twee jaar geleden kreeg hij pas voor het eerst elektriciteit en TV. Voor die tijd wist hij eigenlijk nooit wat er verder in de wereld afspeelde. Er werd toen ook een weg aangelegd naar het dorp, waardoor nu de jeugd allemaal op een scooter rondrijdt.
De hele stam is nu dus heel snel aan het veranderen. De ouderen vinden het maar niks zei die. Veel kregen ook stress van de nieuwe ontwikkelingen. En waarschijnlijk gaat steeds meer verloren van deze eeuwenoude stam. Want de jeugd omarmt alle nieuwe invloeden wel.

Die avond ging iedereen er wel redelijk vroeg in. De volgende ochtend wilden de meeste er ook op tijd uit komen om de zonsopkomst te zien. Want als je zo’n uitzicht hebt vanuit je huis moet dat wel heel gaaf zijn. Dus het wekkertje werd op 06.30 uur gezet en we gingen pitten.
Ohja, kreeg lastminute nog wel een zelfgemaakte whiskey aangeboden. Prima slaapmutsje dacht ik. Dus daar kwam ie aan met een colaflesje met whiskey. Het rook naar Grappa, maar smaakte vrij zoet eigenlijk. Er zat volgens hem 20% alcohol in en was gemaakt op basis van rijst. Het was best prima te doen!
Het bleek het allemaal waard te zijn want het was echt ongelooflijk mooi! Kneiterveel foto’s geschoten in de hoop dat er één fatsoenlijke tussen zit en volgens mij is dat redelijk gelukt. De foto helemaal bovenaan heb ik toen gemaakt.

Na een goed ontbijt met zelfgemaakte koffie gingen we op naar dag twee. Onderweg kregen we wederom regelmatig wat vers fruit vanuit de jungle die hij overal vandaan plukte. We liepen door nog een ander dorpje heen, waar we een oude man tegen kwamen die om 11.00 uur al amper op z’n benen konden staan. Waren er meer die hun eigen drank stookte dus, haha.
We liepen terug langs wederom de nodige watervallen, want daar is geen te kort aan. De route had zoals verwacht een beetje dezelfde landschappen, maar dus wel weer heel mooi.

Al met al was het echt een mooie ervaring. Met name door onze gids Watt, leuke naam voor pas twee jaar elektriciteit heeft. Hij gaf een mooie inkijk zijn leefstijl. En ik vond het toch wel raar om iemand te ontmoeten die tot twee jaar terug nog zo ver van de alledaagse maatschappij stond. Omdat ze niet de moderne faciliteiten hadden.
Inmiddels ben ik ook al naar Pai geweest om de kerst te vieren. Wat echt retegezellig was. Maar inmiddels ben ik weer terug in Chiang Mai. Morgen een nachtbus naar Bangkok. En dan vlieg ik overmorgen vanuit daar naar Tokio! Onwijs veel zin in ook!










WoW weer een mooi verhaal Jos👍
Thanks moeders.