Tijdens de trekking door de Himalaya gebergte kwam het idee om Nepal op de motor te gaan ontdekken. Het is hier wel een ietwat chaos in het verkeer en de wegen zijn ook niet helemaal je van het, maar dan verplaats ik me nog steeds liever op een motor dan in een te volle bus.
Ik heb eigenlijk maar out-of-the-blue een motor gehuurd voor 10 dagen. Had nog niet echt een plan waar ik allemaal heen wilde. Keek wel hoe het zou gaan lopen. Daarnaast kreeg ik van het bedrijf een tip voor een ronde van circa 10 dagen. Dit hield ik maar als basis.
De motor die ik huurde is een Royal Enfield 350cc. Een veelgebruikte motor in Nepal en India. Het is een Indiaas merk. Scroll naar boven om de brommert te bewonderen.
Natuurlijk moest al mijn zooi ook mee op de motor. En dan heb ik toch wel een grote backpack mee (75L). Dus dat kostte me wel wat zitruimte. Maakte het wat minder comfortabel, maar hoort een beetje bij de ervaring. Om 11.00 uur had ik afgesproken bij het verhuurbedrijf. Rond 13.00 uur vertrok ik naar mijn eerste bestemming: Bandipur.
Het verkeer in Nepal
De eerste bestemming was dus Bandipur. Had nog nooit van die plaats gehoord van de verhuurder zei dat het een mooie tussenstop is tussen Kathmandu en Pokhara. Dus zo volgzaam als ik ben ging ik daar maar heen. Dit was tevens mijn eerste dag in het chaotische verkeer van Nepal.
Allereerst rijden die gasten hier links in plaats van rechts. Maar dat gaat vrij makkelijk als je nooit de enige bent in het verkeer. Gewoon doen wat de rest doet. Maar dan ga je soort van op ontdekking wat de regels hier zijn. Bleek vrij gemakkelijk. Als ze er al zijn, dan hoef je je er niet aan te houden. En als je zin hebt, moet je gewoon toeteren. De enige regel voor mezelf: altijd gefocust zijn!
Inhalen mag ook te pas en te onpas. Of het nou binnenbochten, buitenbochten, naast de weg is. Het maakt allemaal niks uit hier. Het was een rit van maar 140 kilometer. Maar dan daar doe je in Nepal al gauw 4 á 4,5 uur over. Er wordt gemiddeld 40 kilometer per uur gereden.
De eerste chaos van Kathmandu uit ging best prima. Werd nog staande gehouden voor een controle van de papieren. Maar deze had ik logischerwijs natuurlijk in mijn grote backpack gedaan die lekker goed vastgesnoerd zat achterop de motor. Toen ik dat de beste agent duidelijk maakte mocht ik gewoon doorrijden. Dat viel me alleszins mee!
Eenmaal Kathmandu uit kom je langzaamaan op de snelweg. Naja, haal dat snel maar weg. In een drukte van inhalende bussen, vrachtwagens, auto’s en motoren schoot het allemaal niet enorm op. Daarnaast zit je continu lekker in de zwarte rook te rijden, want een roetfilter is hier in ieder geval niet uitgevonden. Ook bleek het asfalt af en en toe ineens op te zijn geweest. Waardoor je uit het niet op rotsen en gravel rijdt. En dat ligt er niet heel strak in.
Via een soort bergweggetje wat ze hier een snelweg noemen reed ik naar Bandipur. Het was vaak wat lastig inhalen, omdat je nooit veel ruimte had tot de volgende bocht. En ik vond dat nogal eens tricky, want straks komt er een vrachtwagen de hoek omzeilen. Vrachtwagenchauffeurs hebben daar beduidend minder moeite mee. Want die halen gewoon in.
Kom je daar aan op de motor door een bocht zag ik ineens twee vrachtwagens op me afkomen. De vrachtwagen op mijn weghelft begon te seinen van dit ga jij niet winnen. Dus dan heb je maar één oplossing. De hele kleine berm opzoeken en de vrachtwagens voorbij te laten razen. Maar hier raak je wel aan gewend.
Tot slot bleek ook mijn meegeleverde telefoonhouder z’n beste tijd gehad te hebben. Want die viel er zomaar ineens vanaf. Daar ging m’n telefoon met 60 kilometer per uur van de motor af. Kon ik eindelijk doorrijden, want er was een ongeluk gebeurd waar alle auto’s door geblokkeerd werden. Gebeurde dit. Gelukkig weer kunnen vinden in de berm. En het scherm is aardig gebarsten, maar het werkt nog steeds.
Het laatste stuk van de eerste dag was wel heel mooi. Dat was een echt bergweggetje naar Bandipur. Ik was eerlijk gezegd wel redelijk gesloopt na de eerste 4,5 uur rijden. Dus was blij dat we er waren.
Bandipur
Bandipur is een klein dorpje die vroeger ontzettend belangrijk was in de handel tussen Tibet en India. Maar sinds de schitterende snelweg waarover ik naar Bandipur gereden was is dat niet meer zo. Maar het dorpje is goed intact gehouden en is nu met name een toeristische attractie.
Leuk om er een uurtje doorheen te lopen, maar dan heb je het ook wel gezien. Maar inderdaad wel een fijne tussenstop tussen Kathmandu en Pokhara.

Pokhara
Van vele in Kathmandu had ik al gehoord dat Pokhara, wat de tweede stad is van Nepal, het tegenovergestelde is van Kathmandu. Het is er heel relaxt. Ligt aan een meer. Leuke restaurantjes en barretjes. En dat bleek het dus ook echt te zijn.
Ben hier in totaal drie nachten gebleven. Op eerste dag in Pokhara ben ik gaan rondtoeren door het gebied. En dat was echt enorm mooi. Ben met de motor bijna naar Australia Camp geweest. Dat is normaal een trekkingroute. Maar redelijk te doen op een motor. Maar durfde het laatste stuk niet aan omdat mijn tank bijna leeg was. Dus terug gegaan.

Maar Pokhara is heel relaxt. Er hangt een relaxte sfeer, zeker vergeleken met Kathmandu. De barretjes zijn mooi en gezellig. Dus ik snap dat mensen hier vaak langer blijven. Ik had tijdens mijn motorrit helaas pech dat er veel smog en stof in de lucht hing. Waardoor het zicht vaak iets minder was. Maar die had ik gelukkig in de trekking al gehad.
Verder heeft het ook weer niet héél veel te bieden. Je kan naar wat grotten, waar je binnen no-time weer uit bent. En je hebt er een waterval. Is wel mooi, maar ook niet mega bijzonder. Maar het heeft gewoon een goede sfeer.

Tansen
Daarna werd het tijd voor Tansen of zoals in Nepal beter bekend onder de naam Palpa. Vooral de weg ernaar toe was echt héél mooi. Weinig verkeer en mooie bergweg. Het dorp zelf is niet heel enerverend. Mooi dorpje waar je wel een goed idee krijgt bij het echte Nepal. Maar er is niet enorm veel te doen. Maar dat maakte mij niet uit. Het rijden was echt fantastisch.

Lumbini
Daarna was het tijd voor de geboorteplaats van Boeddha. Dat worden veel monniken en veel tempels. Het was wederom een hele mooie rit. Een niet zo lange, maar ik reed ineens de bergen uit en kwam op het vlakke land. Ineens waren er meer op de fiets dan op de brommer. Boeren waren het land aan het bewerken op een oldschool manier.

Maar je moet hier wel echt van tempels en het boeddhisme houden. Dat is natuurlijk geen verrassing. Maar ik had me niet zo goed voorbereid. En het zijn er echt veel. Op een paar hectare grond hebben ze echt moeilijk veel tempels. Ik had maar een halve dag om ze allemaal te bekijken. Dus heb maar een riksja geregeld die me naar alle tempels bracht. Binnen 4 uur was ik ook klaar dus.
Het komt er dus op neer dat veel landen hun eigen tempel er bouwen. Dus van veel landen is er een tempel te vinden. Ook Europese landen zoals Duitsland, Frankrijk en Oostenrijk. Verder natuurlijk veel landen van hier uit de buurt. Ze lijken allemaal niet op elkaar. Dus er is niet echt een stijl te herkennen. Onderstaande foto is van die van de Japanners, die hebben wel by far de mooiste.

Chitwan
Eindelijk iets anders dan cultuur en religie op het programma: natuur. Chitwan National Park is het grootste en bekendste nationale park van Nepal. Hier leven vrij veel neushoorns, apen, herten, zwijnen, maar ook beren en tijgers. Maar die zie je zelfden als je hier de natuur in gaat.
De weg erheen was niet zo spannend. Maar prima te doen. Eenmaal in Chitwan werd de lucht schoner, hield mijn hoest eindelijk op. En ging ik de dag erna op jeepsafari om de beesten te spotten.
In de ochtend zag ik voornamelijk wat herten en zwijnen. En de gids probeerde het nog interessant te brengen. Maarja, dat zijn nou net de enige beesten waar we een overvloed van hebben op de Veluwe.. Dus ik was al bang dat het een kutdag zou worden. Maar het veranderde in de middag.
Gelukkig nog vrij veel apen en neushoorns gezien. Helaas geen tijgers en beren, maar daar had ik ook niet echt op gerekend. Maar al met al was het zeker lekker om weer in de natuur te zijn en de safari was zeker leuk.

Bhaktapur
Op naar de laatste bestemming voordat ik terug naar Kathmandu zal gaan ging ik eerst naar Bhaktapur. Een stad die enorm verwoest is tijdens de aardbeving in 2015. Een stad met veel geschiedenis en mooie oude gebouwen.
Maar de weg ernaar toe was echt !@#%!@#. Ze stuurde mij over een berg heen. Dat leek op het begin hartstikke mooie, totdat er amper asfalt meer was. Ik heb drie uur lang hobbelend via een zigzaggend weggetje de berg op en af gereden. Vier keer mijn tas opnieuw vast mogen maken. M’n kont begon begon zeer te doen. Ik was er ff helemaal klaar mee, haha. Achter me telkens toeterende auto’s en vrachtwagens. De hele tijd in het stof. Het was echt ge-nie-ten.
Eenmaal in Bhaktapur had ik eindelijk niet zoveel zin meer om die stad rond te gaan. Eerst kostte me het een uur om een pinautomaat te vinden die het zowaar doet. Toen was ik er helemaal klaar mee. Ben op een dakterras gaan zitten en heb daar met de ober zitten praten. En dat was wel heftig.
Die beste man woont daar dus. En woont sinds 2015 al in een houten huisje, want zijn huis is destijds in elkaar gevallen. Alle familie is in orde. Dus dat was het probleem niet. Maar is nu geld aan het sparen om een nieuw huis te kunnen bouwen. Hij werkte destijds in de binnenstad en zag de gebouwen letterlijk in elkaar storten. De stad is voor een groot deel verwoest destijds. En dat zijn ze nu allemaal weer aan het opbouwen.

Al met al een mooi stadje, en zeker mooier dan Kathmandu. Maar ik was een beetje klaar met dat iedere keer door steden rondrennen na een halve dag motorrijden op niet al te beste wegen. Dus keek uit om terug te gaan naar Kathmandu.
Daar ben ik inmiddels weer aangekomen. De motor ingeleverd. En nu aftellen totdat ik naar Thailand ga, want dat is mijn volgende bestemming. Aankomende maandag ga ik die kant op! Enorm veel zin in. Een nieuw hoofdstuk.





Laat een reactie achter